Twee jongens. Een boysmom. Hoe ouder onze jongens worden, hoe liever voor elkaar. En dat vind ik fan-tas-tisch om te zien. Neem volgend voorbeeld:
De jongens zijn ontzettend lief en vooral ontzettend samen aan het spelen. Onze jongste (J) valt over een kussen. Onze oudste (O) reageert.
(O): oh nee J, was je gevallen?
J: ja.
O: over het kussen?
J: ja.
O: zal ik je een kusje geven? Waar heb je pijn?
J: hier (wijzend op zijn achterhoofd).
Onze oudste geeft hem daar een kusje en knuffelt hem.
O: wij zijn beste vrienden, toch J? J? Wij zijn beste vrienden, toch?
J: ja.
Nou, veeg mij maar op. Als een smeltend ijsje in de zomerzon zak ik in de stoel waarop ik zit. En dan gebeurt er iets onverwachts, ik voel mijn traanbuizen een soort van prikkelen.. Oké, toegegeven, ik word hier dus emotioneel van. Prima. Of het kan te maken hebben met de ochtend die ik er al op heb zitten.
Sinds een kleine week heb ik last van mijn rechter middelvinger. Er zit een kleine verdikking naast mijn nagel en er lijkt daar wat pus -smakelijk eten- onder de huid te zitten. Vannacht veel wakker gelegen door een gigantische pijn. Een kloppende vinger. Ik probeer dit met een koud washandje wat te sussen, maar alleen de aanraking van de washand tegen die zere plek op mijn vinger maakt al dat ik wat ongemakkelijk begin te kronkelen met mijn lichaam. De volgende ochtend bel ik toch maar even naar de huisarts die mijn vinger toch graag wil zien. Mijn moeder springt bij door even op onze jongste zoon te passen. Dat was maar goed ook, bleek achteraf. Eenmaal bij de arts bekijkt hij de vinger goed. Au. Conclusie; een ontsteking van de nagelriem. Blijkt pijnlijk te zijn. Joh. “Ik zal er met een naald even een prikje in moeten zetten om het pus eruit te krijgen”. Dubbel au. Dat geeft hij dan ook aan. “Dit gaat pijn doen”. Oké, thanks voor de mentale voorbereiding. We lopen naar een andere kamer. Hij bereidt de assistente vast voor dat hij in mijn vinger moet prikken, ik dan waarschijnlijk hard ga gillen (deze opmerking geeft vertrouwen) en zij mijn vinger daarna mag verbinden. Dit onverwachte uitje naar de dokter wordt steeds akeliger. Ik neem plaats op de bank, met mijn rechterhand naast mijn been. Hij richt de felle lamp op mijn vinger en pakt de steriele naald. Daar gaan we. “Adem even goed in”, zegt de dokter. Ik kijk niet én ik adem niet. Voel dan de naald vol in de ontsteking prikken. Welke geluiden ik dan uitkraam is ook voor mij onbekend. Achteraf een komische gedachte, maar op dat moment nog even niet. Ik huil wat. “Het is oké, zeggen de arts en de assistente. Dit is ook echt heel gevoelig door de plek van de ontsteking”. Hij is klaar en trots. “Dit was echt nodig, kijk eens wat een pus!”. Nee. Ik kijk niet. Oké, ik kijk snel. Ik zie geen pus, alleen maar bloed. Dan pakt hij een klein doekje. “Wat ik nu ga doen, is ook echt niet fijn”. Hij heeft zijn zin nog niet uitgesproken of hij duwt met het papiertje alle mogelijke pus die nog in mijn vinger zit eruit. Wederom klink ik als een buitenaards wezen. Ik zak door die bank van de pijn. Klaar. Hij is ein-de-lijk klaar. “Nou, dit was het”. Verslagen kreun ik er een ‘bedankt’ uit. “Ja, dit is zo’n vak dat mensen soms twijfelen of ze ons wel moeten bedanken, haha!”. Ja, lach maar. “Toch een fijne dag”. “Hetzelfde”, pers ik eruit. Dan wordt de vinger verbonden. Ik moet het verband constant nat houden voor zeker 3 dagen zodat het water de ontsteking eruit ‘trekt’. Godzijdank heb ik mijn jongste zoon niet meegenomen. Die had nu waarschijnlijk een trauma opgelopen na het zien en aanhoren van zijn moeder in deze toestand. Enfin, dus zit ik hier nu met een dikke vinger.
Terug naar het emotionele moment bij het aanschouwen van mijn twee jongens later die middag. Als de boys pijn hebben, geef ik ze een kusje op de pijnlijke plek. Kusje erop? Klaar. Weg pijn. Helpt (bijna) altijd.
Door hun liefdevolle samenspel van die middag, vergat ik even die kloppende vinger. Precies wat ik nodig had na deze helse pijn. Dat deed me goed en maakte me trots.
Broederliefde, blijkbaar een soort van kusje op een zere wond.
Reactie plaatsen
Reacties
Écht au!! Sterkte hè!