Blog #17 Dierhuis

Gepubliceerd op 27 januari 2021 om 14:38

Een gewone ochtend. Mijn man smeert een boterham voor onze oudste zoon en eet daarna zelf ook wat. Dan dropt onze zoon de onverwachte opmerking: “Ik wil een dierhuis. Ik wil een hondje”.

Onze zoon weet niet dat hij al een hond heeft gehad. De eerste 4 maanden van zijn leven hadden we het beestje nog. Pip. Een lieve maar heel drukke West Highland White Terrier. Een hele mond vol en een hele hond vol. Want de lieve schat was druk. Héél druk. Een cursus heeft niet mogen baten. Ze blafte veel, ook wanneer onze zoon sliep. Ze sprong in zijn box en likte hem graag in zijn gezicht. Dingen die ik niet prettig vond. Want hoewel ik haar heus wel vertrouwde, blijft het een dier. Dus verplaatsten we de box al direct in de kraamweek, zodat deze niet meer naast de bank stond. Die middag kwam onze kraamhulp boven met de mededeling dat ze Pip wederom uit de box heeft gehaald. Waar we het ding ook neer zouden zetten, Pip hield net zolang vol tot ze er in kon springen. Aangezien we geen paleiszaal van een woonkamer hebben, waren de opties snel op. Omdat ik een keizersnede had gehad, lag de focus vooral op mij en ons minimensje. De maanden erna bleef het een strijd om Pip te laten wennen aan de baby. Met pijn in ons hart hebben we haar toen naar een ander gezin gebracht. Ze verdiende zoveel meer aandacht dan wij haar konden geven. Die kreeg ze. Uren buiten wandelen, spelen en geen jaloezie meer richting een nieuwe bewoner. Met die wetenschap werd de pijn iets verzacht en de tranen gedroogd.

Nu is onze zoon 4 jaar en wil hij dus een ‘dierhuis’.
Laatst zaten we in een online meeting met zijn juf en klasgenootjes. Het spelletje “Zoek en kom terug met” werd gespeeld. Oftewel, de juf roept een voorwerp en de kinderen rennen het huis door om dit voorwerp snel aan de juf en elkaar te laten zien. Van een vork tot een pannendeksel, van een sjaal tot een wc-rol. Daarna mochten de kinderen zelf voorwerpen bedenken. Mijn zoon had het idee dat alle kinderen een pantoffel moesten pakken. Prima en missie volbracht. Maar toen.. Een klasgenootje riep het magische woord ‘huisdier’. En dus lieten kinderen hun cavia’s, hamsters, honden en katten zien. En mijn zoon bleef ietwat verdwaasd naar het scherm kijken. Daarna een blik richting mij. “Wij hebben geen dier, hè mama?”. Nee jongen, afgezien van die luizen van een maand terug, hebben wij geen dieren. En vanaf toen wilde hij dus een ‘dierhuis’. Maar nee, helaas zien papa en mama meer nadelen dan voordelen. Dus die hond gaat er voorlopig niet komen.

Ik herken de wens wel. Op ieder wensenlijstje voor 5 december stond het weer geschreven: een hond. Mijn ouders hielden me jaren zoet door me hondenknuffels geven. Totdat er een jaar kwam waarin ik de grootste verrassing ooit kreeg op 5 december. Ik mocht de hele avond niet in de bijkeuken komen. Dat vond ik misschien wat raar maar ik accepteerde het. Uiteindelijk was het moment daar. De deur ging open en ik zag een kleine kooi staan. Een dwerghamster! Ik noemde het beestje ‘Bloempje’, vernoemd naar het stinkdiertje in de Disneyfilm Bambi. Wat was ik blij. Ik speelde veel met Bloempje. De kooi schoonmaken was niet mijn favoriete bezigheid. Zeker niet omdat Bloempje verwend was met veel buizen waar hij doorheen kon kruipen. Al die deeltjes moesten tenslotte ook schoongemaakt worden. Ongeveer 1,5 jaar later kreeg Bloempje een gekke bult op zijn buik. Hij werd wat slomer. Rende minder vaak in zijn rad. Op een ochtend kwam mijn vader met de kooi in zijn handen de woonkamer binnen en sprak de legendarische woorden: “Ik denk dat dit de laatste keer is dat je Bloempje z’n kooi hoeft schoon te maken”. Dat had subtieler gekund, maar de boodschap was helder. Mijn opa heeft een houten kruisje gemaakt en mooi beschilderd voor Bloempje. Die hebben we op het grafje gezet in de achtertuin. Daarna is er bij mijn ouders nooit meer een huisdier gekomen. Ook omdat mijn moeder nogal heftig reageerde op het beestje en zelfs aan de puffer moest.

Toen ik eenmaal op mezelf woonde, kwamen er vissen, een konijn genaamd Guus en dus hondje Pip bij. Voor toen leuk. Maar voor nu vind ik twee kleine kinderen voorlopig genoeg om te verzorgen. Zelfs de reden een hond te nemen om de avondklok te omzeilen, wint het niet.

Dus wordt de wens van mijn zoon om een ‘dierhuis’ te krijgen niet ingewilligd. Maar de hondenknuffel voor 5 december staat genoteerd.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Maak jouw eigen website met JouwWeb