Blog #21 Toetje

Gepubliceerd op 18 februari 2021 om 15:06

Bijna elke maand is het raak. Enkele dagen voor ik ongesteld moet worden lijken er kleine poppetjes met hamers aan het werk te zijn in mijn hoofd. Zo ook afgelopen dinsdagavond.

Migraine. Voor veel mensen geen onbekend begrip. Ik vervloek het. Bij mij komt het vaak langzaam op om vervolgens een eindsprint te maken naar een ondraaglijke pijn. Licht uit en ogen dicht, de enige vorm van verlichting tijdens zo’n aanval. Ik heb de mazzel dat ik er vaak 1 dag of avond zoet mee ben. Na een goede nachtrust kan ik er meestal de volgende dag wel weer tegenaan. Dit keer niet. Op woensdag word ik wakker met -nog steeds- een bonzend hoofd. Het belemmert me in alles. Ik wil uit bed. Ik wil met mijn man en kinderen naar buiten. Het is tenslotte 11 graden. 11 graden! Na die sneeuwval met daarbij winterse temperaturen, voelt het bijna als de lente. Ik heb echt zin om erop uit te gaan, maar voor nu besluit ik nog even te blijven liggen. Niet veel later rommelt mijn buik. Hoewel ik het totaal niet zoek, sleep ik me toch uit bed, loop met een aparte motoriek de trap af om het bonzen in mijn hoofd zoveel mogelijk tegen te gaan en smeer beneden wat boterhammen. Twee paracetamols als ‘toetje’ en ondertussen hopen op betere tijden. Met dezelfde bijzondere motoriek de trap weer op om als een zielig hoopje ellende weer in bed te stappen. De boterhammen smaken me goed. Zo goed, dat ik ze naar binnen werk als een hongerig paard. Daardoor helaas ook eerder bij mijn ‘toetje’ aangekomen.

Probleem. Ik ben geen fan van pillen slikken. Op de één of andere manier krijg ik het vaak voor elkaar dat die dingen precies om het hoekje van mijn huig blijven hangen/steken/plakken. Het proces voorafgaand aan dit tafereel is al helemaal niet om over naar huis te schrijven. Vaak heb ik die pil eerst een minuut in mijn mond waardoor deze al half begint om te lossen. Bah. Ik heb die tijd echter wel nodig omdat ik altijd zoek naar het juiste moment om dat ding met een goed en stevig ‘slikreflex’ weg te werken. Joost mag weten waarom dit de helft van de tijd mislukt. Mijn keel en alle bijbehorende onderdelen zien die pillen en/of capsules duidelijk als indringers. Zwaar ongewenst. Maar de kracht om ze volledig terug naar buiten te werken hebben die onderdelen dan weer niet, met als gevolg dat ik half kokhalzend en overdreven dramatisch mijn paracetamol doorslik. Waarom ik die dingen dan niet gewoon oplos in water? Op de één of andere manier trek ik die substantie weer niet. I know, ik doe best moeilijk. Dus bij de tweede paracetamol, herhalen we dit hele dramatische tafereel weer.
Opluchting. Gelukt.
Ogen weer dicht en hopen dat het gaat werken. Ik app mijn man -ik ga echt niet uit bed voor deze minimededeling- dat we straks misschien het Keienspoor bij de Efteling kunnen gaan lopen. Een goed idee, vindt hij.

Een tijd later komen mijn 3 mannen naar boven. “Mama, we gaan weer stenen zoeken!”, roept mijn oudste enthousiast. Ik voel al direct dat mijn hoofdpijn weliswaar iets is gezakt, maar zeker nog niet weg is. Jammer, maar ik moet en zal profiteren van deze vrije dag van mijn man. Familytime is het doel. Niet miepen, maar doorbijten. Ik sleep mezelf voor de tweede keer die dag uit bed en help de oudste met aankleden. Daarna is de jongste aan de beurt. Vervolgens hijs ik me in een spijkerbroek en een trui. Schoenen en jassen aan. Ik kijk naar de kapstok en besluit als een soort principekwestie mijn winterjas te laten hangen. In plaats daarvan kies ik voor mijn praktische ANWB jasje. Niet te dik maar toch winddicht. Geen hip design maar wel een topkeuze voor die 11 graden buiten.

Eenmaal in de natuur gaat het redelijk. Mijn hoofd houdt zich koest en ik geniet van de omgeving. Zelfs wanneer mijn jongste zoon voor de vierde keer een modderbad neemt -hij kan zijn evenwicht niet bewaren maar is te eigenwijs om mijn hand vast te houden- kan ik erom lachen. Als kers op de taart zien we ook nog 2 herten voorbij hupsen. Een prachtig gezicht. Op de terugweg in de auto komt de hoofdpijn weer langzaam opzetten. De paracetamols beginnen hun werking te verliezen.

Eenmaal thuis legt mijn man de jongste in bed terwijl ik een soepje maak -lees: opwarm-. Het smaakt ons goed en ik heb het binnen no time op. Daarna eet ik ook nog een boterham, als een soort uitstelgedrag.

Dan is het toch echt zover.
Ik mag weer gaan overdrijven en kokhalzen.
De paracetamol en ik houden eerst een ‘stare down’. Geen winnaar. Op naar de volgende ronde.
Tijd.. voor het ‘toetje’.

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Maak jouw eigen website met JouwWeb