Sinds aan aantal weken zijn we bezig om onze jongste zoon zindelijk te maken. Elke dag probeer ik hem even op het potje te zetten. Vol smart wachten we op de eerste toevalstreffer. Bij elke poging sta ik nog net niet met slingers klaar om het potjesfeest te laten losbarsten. Maar helaas. Meneer doet niet aan toevalstreffers. Tot nu.
In de ochtend zit ik gezellig met een vriendin op FaceTime te kletsen. Momenteel gaan deze gesprekken vooral over corona, de reden waarom zij en haar gezin nu thuis zitten. Maar deze ochtend gaat het vooral over zindelijkheid. Haar zoon is 1,5 maand ouder dan mijn jongste en het lukt hem al aardig om op het toilet zijn behoefte te doen. Ik vertel haar dat het hier nog niet van een leien dakje gaat, maar dat we blijven oefenen. Onze oudste had het na zijn eerste toevalstreffer snel door. Prachtig vond hij het hoe mama als een voetbalster -die net heeft gescoord op een WK- door de kamer rende. Het Wilhelmus werd nog net niet ingezet. Ietwat overdreven maar hé, het motiveerde hem wel. En dat is waar we het voor doen natuurlijk. Bij onze jongste stond ik ook al vaak genoeg klaar om een feestje te bouwen. Steeds als hij opstond, keek ik nieuwsgierig in de pot.
Niks.
Steeds opnieuw.
Niks.
Enfin, het leek mijn vriendin en mij een goed idee wanneer haar zoon even zou “uitleggen” hoe dat nou allemaal werkt. Met wat korte kreten vanuit hem en wat karige reacties vanuit mijn zoon, hadden we nou niet het idee dat dit de omslag zou betekenen. Terwijl ik het gesprek met mijn vriendin aan het afronden ben, zet ik mijn zoon wederom op de pot. Ik besluit lekker naast hem te gaan zitten en trakteer ons beiden op een soepstengel (of een stoepstengel, zoals mijn oudste het noemt). Dan belt diezelfde vriendin weer. Haar zoon heeft net op de wc geplast en wilde dat nieuws toch echt -en terecht- met mij delen. Na ons gesprekje sluiten we af met dat ik hen ook snel hoop te bellen met goed nieuws. Ondertussen is mijn man ontwaakt -hij mocht uitslapen deze ochtend- en ik ga zelf even een plasje plegen. Dan hoor ik gejoel. Het zal toch niet? Nog meer gejoel. Gaan ze me nou vertellen dat ik al weken probeer het kind te laten plassen op die rotpot en dat, wanneer ik er héél even tussenuit piep, hij zijn plasprimeur niet met mij deelt!? Ja dus. Kak.
Ik trek een sprintje naar de woonkamer en tref mijn kind naast de pot met zijn broek op zijn enkels maar met vooral een hele grote glimlach op zijn gezicht, aan. Hij heeft geplast. Keurig in de pot. Ik probeer nog even die hyperactieve voetbalster in mezelf te vinden en we vieren een klein feestje. De eerste sticker wordt eindelijk op het ‘Ik heb op het potje geplast’ vel geplakt en mijn zoon is maar wat trots op zichzelf. Yes. He did it.
Die avond na het eten, laat hij per ongeluk een windje. “Pardon”. Dan besef ik dat ik hem nú op het potje moet zetten. Hopend dat het windje nog niet is overgegaan in iets concreets. Zo gezegd, zo gedaan. Ik zet ondertussen een kopje koffie. Dan een kreet van mijn oudste zoon: “Waaat!?” Ik kom kijken en zie, jawel, poep in het potje! Ik wil de voetbalster inzetten wanneer mijn ogen iets verder glijden en ik ook wat poep op de rand van het potje geplakt zie. Mijn ogen glijden weer iets verder en daar ontdek ik nóg 2 drollen vóór het potje. Op ons vloerkleed. Mikken is niet zijn sterkste kant blijkbaar. De voetbalster in mij mist het doel ook en ik voel de euforie in 1 klap wegvallen. Nee. We moeten blij zijn. Direct valt mijn man bij en bouwen we een feestje. Mijn zoon kan zijn geluk niet op. Dan is het tijd om zijn billen en het kleed schoon te maken. Mazzel, droge drollen. Na wat grondig poetswerk, mag er wederom een sticker geplakt worden en ditmaal komt deze in het ‘Ik heb op het potje gepoept’ rijtje.
Vol trots bellen we mijn vriendin met dit goede nieuws. Ook zij is trots. Zou de “uitleg” van haar zoon dan toch indruk hebben gemaakt? Leren die twee dan toch echt van elkaar? Mijn zoon liet haar zoon destijds zien hoe je moest lopen, haar zoon leert nu die van mij hoe je op een potje je behoefte moet doen.
Iedereen zijn eigen tempo, maar hierbij toch een levensles voor jong en oud: accepteer de hulp die je soms nodig hebt.
Goed voorbeeld doet goed volgen.

Reactie plaatsen
Reacties
Geweldig idee ...help elkaar ..kan niet jong genoeg beginnen...leuk geschreven....